In een wereld waar ecologie, duurzaamheid en andere mooie begrippen door gladde marketeers ronduit schandelijk misbruikt worden, 24/7 en de hele wereld rond, is het soms moeilijk om de échte milieuvriendelijke hotels eruit te pikken. Maar ze bestaan: Emboo River Camp bijvoorbeeld. Olmanyara noemen de Maasai het, de kunst van een goed leefbare omgeving.
Met slechts acht tenten is Emboo River Camp een kleinschalig kamp in de Masai Mara, Kenia. Maar wel een adres waar alles klopt. In plaats van de safarivlaktes te doorkruisen in terreinwagens met een dieselmotor, zweef je hier elektrisch door het grasland. Bovendien haalt het kamp alle stroom integraal uit zonne-energie, zuivert het zijn afvalwater zelf en herbruikt het dit meteen voor irrigatie. En omdat dat allemaal nog niet genoeg is, serveert het uitsluitend maaltijden die 100% organisch zijn, van boerderij tot vork, en kookt de chef op biogas gegenereerd uit keukenafval. Deze combinatie, een verhaal waarbij de cirkel rond is (en men niet blijft steken bij dat plastic vuilbakje met drie verschillende vakjes waar de grote ketenhotels o zo graag mee uitpakken), levert hen een onderscheiding op als het allereerste klimaatneutrale safarikamp. Sowieso in Kenia, en zeer waarschijnlijk ter wereld. Ondertussen is hun website te klein om alle medailles en awards uit te stallen.
“Eigenlijk vinden we dit allemaal redelijk normaal”, zeggen de Belgische eigenaars Valerie (34) en Loïc (33). “Het is toch logisch dat de balans écht moet keren, dat er een nieuwe werkwijze moet komen, willen we zonder schaamte deze prachtige gebieden kunnen blijven bezoeken.” Valerie was een succesvol fotomodel, ontwierp een eigen modelabel en was ook aan de slag bij de Verenigde Naties. Haar mode-interesse heeft zich trouwens vertaald naar de prachtige uniformen van de vrouwelijke staff. Loïc verdiende zijn strepen o.a. door in ‘onmogelijke’ markten Uber te lanceren. Als derde en lokale partner ging men in zee met William Santian (40) een lokale, ervaren hotelmanager en gereputeerd gids. Loïc: “Valerie en ik zijn al jaren gefascineerd door het ecoverhaal, vooral dan over wat écht mogelijk is. Want je weet wel, er wordt heel veel blabla verkocht, met dure woorden gegooid, maar concreet vraag je beter niet naar de effectieve groene impact, want die is dikwijls schaamteloos beperkt.”
Even in detail. Emboo, geopend in 2019, draait honderd procent op zonne-energie. Per dag heeft men hier gemiddeld nood aan 7.2 kwh. Daar men ook elektrische voertuigen inzet, werden in totaal 120 vierkante meter zonnepanelen geïnstalleerd. Anders uitgedrukt: aan drie uur zon per dag heeft men voldoende om voertuigen én kamp (36 staff, voor maximaal 16 gasten) van stroom te voorzien. Die terreinwagens zijn uitgerust met 34 kwh-batterijen die op anderhalf uur opgeladen kunnen worden. Het waterzuiveringssysteem, via getrapte plantenvijvers, levert per jaar 300.000 liter gerecupereerd water op. Het zwembad functioneert met zouten in plaats van chloor. Om te koken wordt biogas gebruikt, gemaakt van het eigen keukenafval. “Als we dat vertalen naar concrete cijfers, besparen we hier 6300 dollar per maand op drinkwater, 5000 dollar op diesel en 77 dollar op allerlei chemicaliën”, zegt eigenaar Loïc. “Op jaarbasis maakt dat afgerond 140.000 dollar.”
Dat het koppel pioniers zijn, is een understatement. “Maar we dragen dat niet alleen. Uiteraard zoeken we voor elk segment een gespecialiseerde partner die wil investeren in ontwikkeling en verdere commercialisering”, legt Loïc uit. “Zo stapte het Zweeds/Keniaanse Opibus uit Nairobi mee in het autoverhaal. Onze eerste twee Land Cruisers werden compleet omgebouwd en hebben een bereik van honderd kilometer. Het derde voertuig werd speciaal ontwikkeld, wordt dus ‘tweede generatie’ genoemd, en heeft 160 kilometer autonomie.” Ook onze afvalverwerking en waterzuivering zijn pilootprojecten. Met al onze ingrepen doen we externe consulting om zo een deel van onze investering te recupereren.”
Na het bezoek van de Keniaanse minister van toerisme, die het project persoonlijk promoot; en van de Belgische ambassadeur Peter Maddens, die vol lof is over de realisaties, gaat er geen week voorbij of specialisten strijken neer in Emboo om het allemaal eens met eigen ogen te zien. “Eigenlijk is het niet zo speciaal, maar we doen het gewoon”, lacht Loïc. “Er wordt wereldwijd veel geëxperimenteerd en nog veel meer geprutst, vol goede wil hoor, maar het is weinig concreet. Wij gaan volle bak voor totale transformatie. Dat drijft ons nu diep in de investeringskosten. En Covid maakte alles nog moeilijker. Maar die kosten zullen zich sowieso terugbetalen.”
Ondertussen zit het ondernemersduo mentaal al vele afleveringen verder. “Uiteraard willen we de rode draad doortrekken”, vertelt Valerie. “Zo denken we aan elektrische vliegtuigjes om de verschillende locaties die we op termijn willen, met mekaar te verbinden. Emboo kan een (eco)keten worden -ook dat is een uitgewerkt plan- met een stadshotel, een beach resort, enzovoorts. Een soort gouden toerismedriehoek, 100% puur. Maar we werken ook aan een eigen recyclagepark, want momenteel is er in Kenia niets van die aard waarbij de vlag de lading dekt. En uiteraard bouwen we ondertussen onze consulting-tak verder uit, zodat we ook andere lodges kunnen meepakken in dit toekomstverhaal. We mogen dan wel een ‘leider’ zijn, we hopen op vele volgelingen. Het zou mooi zijn, moest Kenia, toch één van de oudste en populairste Afrikaanse safaribestemmingen, zich hier als modelvoorbeeld uitzonderlijk kunnen profileren. Tenslotte heeft de overheid de magische datum 2030 vooruitgeschoven om carbon-neutraal te gaan. Dus: let’s do it!”
Gerrit Op de Beeck reisde op uitnodiging van Atelier Africa Safaris, een niche-specialist. https://www.atelier-africa.com/nl/